“Denny, what would a real American do?” – “We’ll sue them!”
“We’ll sue them!”, het
antwoord op de vraag wat een echte Amerikaan zou doen indien hij zich niet
correct behandeld voelt. Het stelt het Amerikaanse rechtsstelsel nogal
karikaturaal voor. De vraag of dit een terechte schets is, is voer voor een
andere post. De aanleiding voor dit schrijfsel werd gevonden in een - door ons
allen beminde - VRT-journaalproductie en de discussie achteraf op Twitter.
In de reportage werden 3 verongelijkte leerkrachten
opgevoerd. Allen getuigden ze van een evolutie in het onderwijslandschap. Naast
louter les geven, verbeteren en ‘badass’ zijn, moesten ze nu ook opboksen tegen
de parasieten van de maatschappij, zakkenvuller, aasgieren. Advocaten dus.
Docent opnieuw (eventjes) student
De juridische inmenging is
geen nieuw gegeven in ons onderwijssysteem. Voor hoogleraars en andere docenten
is de aanslag op hun soevereiniteit al enige tijd een geïnstitutionaliseerd
gegeven. Het gaat hier uiteraard over de “Raad voor
Studievoortgangsbeslissingen”. Naast de gemeenrechtelijke weg werd op die
manier aan studenten de mogelijkheid gegeven om het oordeel van de
deliberatiecommissie gerechtelijk te laten evalueren. De rechtsmacht van deze
instelling is echter beperkt. Zo vallen enkel universiteiten, hogescholen en
andere ambtshalve geregistreerde instellingen onder haar bevoegdheid.
Leerlingen dienen dus tot op
heden nog steeds de gemeenrechtelijke weg te volgen willen ze hun vermeend
onterechte attest aanvallen. En blijkbaar gebeurt dit steeds vaker.
Een positieve evolutie wat mij
betreft. Toen ik dat ook met ongeveer deze woorden tweette, kreeg ik als
antwoord: “bweikes :s uw slechtste tweet so far”. Is dat eigenlijk wel zo?
Joepie!
Uiteraard niet. Rechterlijk toezicht is helemaal niet zo’n
kwaad gegeven. Het is vooreerst een antwoord op de vraag: “Quis custodiet ipsos custodes?”. Daarnaast biedt het de
mogelijkheid om manifest onjuiste beslissingen ongedaan te maken... De
mogelijkheid om lichtzinnige motiveringen te verwerpen... Het legt dus
bijgevolg een plicht op aan leerkrachten om extra te hun beslissingen te
motiveren. Is dit een kwalijke evolutie? Zonder twijfel antwoord ik neen. Het
lijkt me zelfs een obligatoir gegeven om zo’n zwaarwichtige beslissing zorgvuldig
te beargumenteren. Het gaat ten slotte om veel meer dan 1 extra jaartje school.
Het gaat om een lager zelfbeeld, een daling van het vertrouwen in eigen kunnen,
een jaar minder (snel) wedde,… Deze beslissing dient daarom gemaakt te worden
op basis van objectieve elementen.
Attesten en leiddraden
En dan belanden we
uiteraard aan bij… …punten. Zonder meer de beste graadmeter van de
intellectuele en technische prestatie van het kind op school. Of dat nu een lui
kind is of niet. Een punt liegt niet. Eens een leerling meer dan 50% haalt,
hoort hij of zij geslaagd te zijn. Waarom dienen leerkrachten B-attesten uit te
reiken aan kinderen met meer dan 50%? Het is uiteraard ongezond, om met 53% een
richting op hetzelfde niveau verder te zetten. Niemand zal dat betwisten, maar
is dat niet deel van het ouder worden? Zelf keuzes en bijgevolg fouten maken?
Leerkrachten dienen hierbij grondig te adviseren, niet af te straffen. Een
B-attest waarbij men bepaalde richtingen uitsluit, zonder tekorten in dat jaar,
hoort wat mij betreft uitgesloten te zijn en lijkt me een aanvaardbare grond
tot verbreking te zijn. Om de rol van leerkrachten tot een minimum te beperken
wat betreft de studievoortang, zouden we kunnen beslissen om het systeem van genuanceerde volgtijdelijkheid in te voeren. Zo stimuleer je leerlingen om ten
minste 50% te halen op de vakken welke ze in het volgende jaar als hoofdmoot
willen. Indien ze dat niet halen, kunnen ze kiezen om hun jaar opnieuw te doen,
of een richting zonder bijvoorbeeld wiskundige nadruk te volgen.
Om het systeem een menselijk gelaat te geven, zouden
leerkrachten deze volgtijdelijkheid buiten spel kunnen zetten door middel van
gunstbeslissingen. Deze zouden dan enkel in het geval van een cumulatie van
kleine tekorten én overmacht uitgedeeld kunnen worden. Een depressie, een ouder
verloren, chronische ziekte,…
De beslissing tot “zakken” of bissen moet dé ultimum remedium zijn. In verhouding
met de prestatie- uitgedrukt in percent - van het kind. Dit kan wat mij betreft enkel bij voldoende
tekorten op hoofdvakken, maar dient steeds vatbaar te zijn voor rechterlijke
(marginale?!) toetsing. Het probleem van gerechtelijke achterstand, dreigt
echter roet in het eten te gooien. Daarom zou men kunnen opteren om een
soortgelijke instelling als de Raad voor Studievoortgangsbeslissingen op te
richten voor de middelbare leerlingen, of voorzien dat rechters zoals in kortgeding oordelen.
Conclusie
Enerzijds ben ik voorstander van een systeem waarbij de
subjectieve invloeden van leerkrachten tot een minimum beperkt worden. Deel van
het ouder worden, is verantwoordelijkheid nemen. De verantwoordelijkheid en
plicht aan jezelf om minimum 50% te halen op het rapport indien de wens er is
verder te gaan met de aangevatte richting. Anderzijds lijkt/is leerkrachten
uitsluiten ook te verregaand. Het lijkt me wijs om hun omstandig te laten
adviseren en eventuele situaties van overmacht op te vangen. Op die manier beschikken
leerlingen over een waardevol oordeel omtrent de richting die ze uitgaan,
alsook duidelijke richtlijnen waaraan ze moeten voldoen en heeft het
voorgesteld systeem als voordeel dat discussies achteraf tot een minimum worden
beperkt.
Wat het gerechtelijke aspect betreft, kan ik zeer kort
zijn. Het kan niet en mag nooit zo zijn dat een deliberatiecommissie die een
administratieve rechtshandeling stelt, zonder meer kracht van gewijsde aan haar
eigen beslissing kan verlenen. Of het recht in de huidige vorm tijdig een
gepast en correct antwoord kan geven, is uiteraard een andere vraag. Een deel van
het ouder worden, houdt in dat je als adolescent verantwoordelijkheid leert
opnemen. Wees dus verstandig en zorg dat je slaagt met mooie cijfers. Het is de
goedkoopste en meest lonende manier om 1 september een jaartje hoger te
starten.